Wereldwijd wordt in de medische wereld hard gezocht naar een geneesmiddel tegen de ziekte van Alzheimer en andere vormen van dementie. Zijn we tot die tijd ‘verloren’, of hebben onze hersenen zelf ook manieren om met deze aandoening om te gaan?
Naarmate we ouder worden, krijgen onze hersenen steeds meer te verduren. Het risico op neurodegeneratieve ziekten – ziekten waarbij zenuwcellen afsterven en de hersenen krimpen – neemt sterk toe met de leeftijd. De ziekte van Alzheimer is een bekend voorbeeld. Deze ziekte kenmerkt zich door het ontstaan van ophopingen van twee eiwitten (amyloid en tau) die een geleidelijke achteruitgang in het geheugen veroorzaken.
Onderzoekers werken hard aan het ontwikkelen van een medicijn tegen de ziekte van Alzheimer, maar zijn zij de enige die een oplossing zoeken? Het antwoord is nee. Zonder dat we ons ervan bewust zijn, voeren onze hersenen namelijk vol overgave hun eigen strijd!
Ondanks de aanwezigheid van amyloid– en tau-eiwitten al vele jaren voordat de eerste hersenklachten zich voordoen, blijven onze hersenen met grote inspanning toch nog zo’n 15 jaar normaal functioneren. Pas na jarenlang continue weerstand, zullen onze zenuwcellen zich gewonnen geven en langzaam afsterven.
En zelfs dán blijven onze hersenen altijd zoeken naar manieren om zo goed mogelijk met dit verlies van zenuwcellen om te gaan. Groepen zenuwcellen die met elkaar in verbinding staan (ofwel hersennetwerken), zijn namelijk in staat om zichzelf te reorganiseren. Zo kan een ‘gezond’ deel van de hersenen bijvoorbeeld de functie overnemen van een hersengebied dat is aangetast. Het geheugen zal daardoor langer op een normaal niveau blijven functioneren, ondanks de hersenschade. Deze wonderlijke veerkracht van de hersenen noemen we cognitieve reserve.
Oftewel: we zijn niet volledig afhankelijk van hersenonderzoekers om ons tegen de ziekte van Alzheimer te beschermen. Door cognitieve reserve kunnen onze hersenen zelf ook al heel wat bereiken!
Interessant? VUmc onderzoekster Anita van Loenhoud houdt zich bezig met dit onderwerp en heeft een methode ontwikkeld om cognitieve reserve te meten op basis van MRI-scans en neuropsychologisch onderzoek. Hier kunt u meer over lezen via deze link.