Hersenonderzoekers kijken naar hoe ziektes in de hersenen beginnen en hoe ze behandeld en genezen kunnen worden. Ze doen dit op verschillende manieren. Er zijn twee belangrijke manieren van onderzoek doen: door te kijken wat er gebeurt en door actief iets uit te proberen. Als onderzoekers kijken wat er gebeurt, noemen we dit observationeel onderzoek. Als onderzoekers actief dingen uitproberen, noemen we dit experimenteel onderzoek of klinisch onderzoek. Dit artikel gaat over het eerste soort onderzoek en de verschillende manieren waarop het gedaan wordt.

Wat is observationeel onderzoek?

Bij observationeel onderzoek kijken onderzoekers naar mensen zonder iets te veranderen. Ze kijken bijvoorbeeld naar hoe een bepaalde groep mensen zich gedraagt. De onderzoekers schrijven op wat ze zien gebeuren. Ze stellen vaak vragen aan mensen om meer te weten te komen over hun meningen en ervaringen. Dit doen ze met vragenlijsten en interviews. Bij een vragenlijst moet je digitaal antwoorden geven op een aantal vragen. Bij een interview praat je met een onderzoeker. Hieronder leggen we een paar soorten observationeel onderzoek uit.

Transversaal onderzoek

Transversaal onderzoek betekent dat onderzoekers onderdelen op één moment bekijken. Ze verzamelen informatie en kijken hoe verschillende onderdelen met elkaar te maken hebben op dat moment.

Een voorbeeld van zo’n onderzoek is als onderzoekers willen begrijpen waarom mensen migraine krijgen. Migraine is hele erge hoofdpijn. De onderzoekers willen weten hoe vaak mensen migraine hebben en hoe lang ze per dag met hun telefoon bezig zijn. Daarom vragen ze mensen die migraine hebben om een week lang een dagboek bij te houden. In dat dagboek moeten ze opschrijven hoe lang ze elke dag naar schermen kijken en hoe vaak ze migraine krijgen. Zo proberen de onderzoekers te ontdekken of schermtijd invloed heeft op het krijgen van migraine op dat moment.

Patiënt-controle onderzoek

Bij patiënt-controle onderzoek kijken onderzoekers naar twee groepen mensen. Eén groep heeft een bepaalde ziekte of probleem, dit is de groep die ze onderzoeken. De andere groep heeft deze ziekte of probleem niet. Ze noemen deze groep de controlegroep. De wetenschappers vergelijken de twee groepen om te zien of er verschillen zijn. Ze willen weten of bepaalde zaken vaker voorkomen bij de groep met de ziekte. Zo proberen ze te begrijpen waarom mensen de ziekte krijgen.

Onderzoekers willen bijvoorbeeld weten waarom mensen migraine krijgen. Ze verdelen de mensen dan in twee groepen: één groep met migraine en één groep zonder migraine. Ze kijken naar onderdelen zoals erfelijkheid, stress, en hoe iemand slaapt. Ze kijken hoe deze dingen tussen de twee groepen verschillen. Zo hopen ze te ontdekken welke zaken vaker voorkomen bij mensen met migraine. Dit kan helpen om beter te begrijpen waarom mensen migraine krijgen en om manieren te vinden om het te voorkomen of te behandelen.

Cohortonderzoek

Cohortonderzoek is een manier van onderzoek waarbij een groep mensen langere tijd wordt gevolgd. Deze groep wordt het ‘cohort’ genoemd. Onderzoekers willen zien hoe hun leven verandert en hoe dit van invloed is op hun gezondheid.

Bij dit soort onderzoek wordt eerst een groep mensen gekozen die dezelfde kenmerken hebben, zoals leeftijd of geslacht. Deze groep wordt het cohort genoemd. De onderzoekers stellen de mensen in dit cohort regelmatig vragen, bijvoorbeeld over hun gezondheid of gewoonten. Dit doen ze bijvoorbeeld met een vragenlijst. Cohortonderzoek helpt onderzoekers om te begrijpen hoe de gezondheid van mensen verandert in de loop van de tijd en wat invloed heeft op het ontstaan van ziekten.

Een voorbeeld van een cohortonderzoek is het ‘Uurtje voor Alzheimer’-onderzoek via Hersenonderzoek.nl. In dit onderzoek worden mensen ouder dan 45 jaar gevolgd. Dit zijn gezonde mensen en mensen met de ziekte van Alzheimer. Ze vullen elk jaar een vragenlijst in over hun gezondheid en hoe ze zich voelen. Op deze manier willen de onderzoekers meer te weten komen over hoe de ziekte van Alzheimer zich ontwikkelt.

Zijn er nog meer soorten onderzoek?

Bij observationeel onderzoek veranderen de onderzoekers niets aan hoe de situatie al is. Er zijn ook andere soorten onderzoek. Bijvoorbeeld, klinisch onderzoek. Bij klinisch onderzoek passen de onderzoekers juist wel dingen aan in hoe het al is. Denk aan onderzoek naar medicijnen. In een volgend artikel wordt dit type onderzoek verder uitgelegd.